Wat is de betekenis van Chroma?

2025-07-25
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Chroma

(Gr.), v., 1. kleur; 2. (muz.) het verhogingsteken; 3. interval van een halve toon.

2025-07-25
Woordenboek vreemde woorden

A. Kolsteren en Ewoud Sanders (1994)

Chroma

[Gr. chrooma = eig.: huidkleur; kleur; ook blanketsel; i.d. muziek: modulatie] 1 kleur; 2 (muz.) interval van een halve toon; ook. verhogings- of verlagingsteken (zie onder chromatisch).

2025-07-25
Vreemd Nederlands

Jan Meulendijks (1993)

Chroma

kleur; verhogingsteken (muz.); interval van een halve toon

2025-07-25
Kramers woordentolk

Jacon Kramers Jz (1948)

chroma

v. 1 kleur; 2 halve toonsafstand.

2025-07-25
Verklarend handwoordenboek der Nederlandse taal

M. J. Koenen's (1937)

chroma

v. (Gr.-Lat. kleur; muz. verhogingsteken; interval van een halve toon), (ch = k of scherpe g).

2025-07-25
Muziek lexicon

Mr. G. Keller en Philip Kruseman (1932)

Chroma

(Grieksch). Kleur. In de muziek van toepassing bij gebruik van andere dan laddereigen- (zie daar) tonen. Zie chromatiek, chromatische tonen, chrom. toonladder, chrom. harmonieën. Zie ook onder Grieksche muziek.

2025-07-25
Modern Woordenboek

Jozef Verschueren (1930)

chroma

('chro:ma) v. (-’s) [Gr. chroma] 1. Eig. kleur. 2. Metf. muziekinterval van een halve toon. 3. Metn. [van 2] verhogings- of verlagingsteken daarbij gebruikt.

2025-07-25
Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

chroma

[Gr.], v./m., 1. kleur; 2. (muziek) het verhogingsteken; 3. (muziek) interval van een halve toon.

Wil je toegang tot alle 13 resultaten?

Ja, ik word vriend van Ensie!
2025-07-25
Vivat's Geïllustreerde Encyclopedie

J. Kramer (1908)

Chroma

gr., kleur (zie aldaar); chromatiek, de leer van het ontstaan en de verhouding der kleuren.