Wat is de betekenis van Blumner?

2025-07-24
Katholieke Encyclopaedie

Uitgeverij Joost van den Vondel (1933-1939)

Blümner

Blümner - H u g o, Duitsch philoloog en archeoloog, hoogleeraar te Königsberg en 1877 te Zürich. 1844, ♱ 1921. Werken: o.m. Technologie u. Terminologie der Gewerbe u. Künste bei der Griechen u, Römern (4 dln. 1875—’87); Laokoon-studiën (1882); Griechische Privatalterttimer (nieuwe uitg. van het werk van Gerard; uitg. van Pausanius, 1901).

2025-07-24
Oosthoek encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Blumner

Blumner (Martin), geb. 21 Nov. 1827 te Fürstenberg (Mecklenb.), overl. 16 Nov. 1901 te Berlijn. Studeerde aanvankel. i. d. Godgeleerdheid, daarna i. d. Wijsbegeerte en Natuurwetensch., om zich ten slotte geheel aan de toonkunst te wijden. Siegfr. Dehn leidde zijne studiën i. d. compositie. 1863 werd B. onder-dirigent, 1876 leider van de „Sing-Akade...