Wat is de betekenis van Bloten?

2025-07-28
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Bloten

(blootte, heeft gebloot), blootmaken (niet in vrij gebruik): duinen van helm bloten, beroven; — land bloten, hinderlijke of schadelijke planten uittrekken, afhakken, molshopen effenen enz.; het gras dat het vee in een weide niet eet afmaaien, vandaar blootgras en bloothooi; 2. (gew.) was inzamelen (door de byen); 3. ploten (zie ald.).

2025-07-28
Agrarisch Encyclopedie

Veerman (1954)

Bloten

z. Bloothooi.

2025-07-28
Frysk Wurdboek (Friesch woordenboek)

Fa. A.J. Osinga (1952)

Bloten

v., bleatsje, bloatsje; gebloot schapenvel, skieppebleat (it), -bloat (it).

2025-07-28
Verklarend handwoordenboek der Nederlandse taal

M. J. Koenen's (1937)

bloten

blootte, h. gebloot; zie ploten.

2025-07-28
Modern Woordenboek

Jozef Verschueren (1930)

bloten

('blo: tən) (blootte, heeft gebloot) van haar of wol ontdoen : huiden -.

2025-07-28
Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Bloten

(blootte, heeft gebloot), 1. bloot maken (niet in vrij gebruik): duinen van helm bloten, beroven; land bloten, hinderlijke of schadelijke planten uittrekken, afhakken, molshopen effenen enz.; het gras dat vee in een weide niet eet, afmaaien, vandaar blootgras en bloothooi; 2. zie ploten; 3. het in de looierij behandelen van huiden tot bloten.

Gerelateerde zoekopdrachten