blebber, blebberd
(1906) (Groningen, Drenthe) mond; tong. 'Hou je blebberd'. Een 'blebberd' is ook een schreeuwer. • blebberd, ook blabberd (Eelde) — persoon, die ongemanierd en ruw altijd het hoogste woord voert. (J. Bergsma: Woordenboek, bevattende Drentsche woorden en spreekwijzen. 1906) • Blebberd = hlèriek, schreenwlelikerd. (K. ter Laan...