Bef (beffen):
1. aan de-gaan; beffen,cunnilingus beoefenen. Het Bargoense woord bef,in de bet. ‘vrouwelijk schaamdeel’, komt al voor in het 16de- eeuwseLiberVagatorum.Oorspr. betekende bef- zeTip, vooruitstekende punt5; later kreeg het de bet. ‘bekleding, voorschot, schort’. In het laatste geval wordt dan verwezen naar de beharing. Hiervan afgeleid is tenslotte...