Wat is de betekenis van Beddeplank?

2025-07-27
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Beddeplank

v. (-en), 1. losse plank voor een bedstede (om er niet uit te vallen); 2. vaste plank in een bedstede waarop iets gezet kan worden, beddeboord; (gemeenz.) van de beddeplank af, gezegd wanneer er juist 9 maanden na het huwelijk een kind geboren wordt.

2025-07-27
Frysk Wurdboek (Friesch woordenboek)

Fa. A.J. Osinga (1952)

Beddeplank

s., bêdsplanke.

2025-07-27
Verklarend handwoordenboek der Nederlandse taal

M. J. Koenen's (1937)

beddeplank

v. beddeplanken (losse plank aan de voorzijde der bedstede om hem, die in het bed ligt, te bewaren voor de kans er uit te vallen; ook: plank aan het voeten- en aan het hoofdeinde).

2025-07-27
Modern Woordenboek

Jozef Verschueren (1930)

beddeplank

v. (-en) plank aan een bed nl. 1. losse plank aan de voorkant der bedstede. 2. plank aan het voeten- en aan het hoofdeinde van een bed.