Avīchi
(Sanskriet). Een woord waarvan de algemene betekenis “golfloos”, zonder golven of beweging is, en dat een toestand van stagnatie van het leven en het zijn aanduidt, van onbeweeglijkheid; het betekent ook “zonder geluk” of “zonder rust”. Een algemene term voor plaatsen waar het kwaad wordt verwerkelijkt, maar niet waar wordt “gestraft” in christelij...