Wat is de betekenis van asepsis?

asepsis is het vrij houden van instrumenten en ruimtes van ziektekiemen (zoals bacteriën), bijvoorbeeld tijdens een operatie.

(Gr.), v.

asepsis - Zelfstandignaamwoord 1. (medisch) zonder bacterien of ziektekiemen

[v. Gr. a- = niet-, en sèpein = doen verrotten] het geheel van de maatregelen in operatiekamers om te voorkomen dat operatiewonden worden besmet door ziekteverwekkende bacteriën.

(asepsie) wering van infectie

(G., a = niet; sèpoo = doen rotten), maatregelen die besmetting vanchirurgische wonden moeten voorkomen; bacterie-vrije lucht in een operatiekamer, persoonlijke hygiëne, speciale operatiekamerkleding, neus- en mondmaskers, sterilisatie van instrumentarium en verbandstoffen.

wondbehandeling met voorkoming van alle infectie

Med. term voor werkwijzen bij afwezigheid van alle besmettingskiemen. De vroeger toegepaste antisepsis, afkomstig van de Eng. chirurg Lord LISTER, trachtte door ontsmetting de onvermijdelijke kiemen onschadelijk te maken. De methode heeft grote successen geboekt, maar kon niet altijd schade voor de patiënt vermijden.

de (kennis en kunde van de) toestand van het vrijwaren voor (ziekte-)kiemen, afwezigheid van elk infectieus bestanddeel; tot stand te brengen door langdurig verhitten, bestralen e.d. De grondslag van de moderne chirurgische techniek. Vgl. antisepsis.