Asentar (ie)
neerzetten; op een post zetten, een betrekking geven aan; bevestigen, vastmaken; vestigen (dorpen en gebouwen); met geweld toebrengen (slagen); glad maken; slijpen; veronderstellen; verzekeren; een overeenkomst totstandbrengen; boeken; asentar al debe, in het debet boeken; goed zitten (kledingstukken); asentarse, gaan zitten, plaats nemen; een betr...