Wat is de betekenis van Ăsȳlum?

2025-07-21
Eerste Medisch Systematische Ingerichte Encyclopedie

Uitgeversmaatschappij A. Manteau N.V. (1954)

Asylum

asyl, verpleeginrichting voor misdeelden; tegenwoordig komt men dit woord in Nederland slechts nog tegen bij de z.g. Rijkspsychopathenasyls, waar merendeels ontoerekeningsvatbare („ter beschikking van de regering gestelde”) criminelen worden verpleegd: een tussenvorm tussen een krankzinnigeninrichting en een bijzondere strafgevangenis,...

2025-07-21
Woordenboek Engels (EN-NL)

Dr. F.P.H. van Wely (1951)

Asylum

asyl, wijk-, vrij-, schuilplaats; gesticht; (lunatic) asylum, krankzinnigengesticht, gekkenhuis.

2025-07-21
Woordenboek Nederlands -Latijn

Dr. J.F.L. Montijn (1949)

Ăsȳlum

i, n. vrijplaats, asyl.

2025-07-21
Geneeskundig woordenboek (EN-NL)

dr. mr. W. Schuurmans Stekhoven (1949)

asylum

asyl, krankzinnigengesticht, blindeninstituut.

2025-07-21
Uitheemsche geneeskunde termen

dr. H. Pinkhof (1923)

Asylum

toevlucht; meestal; krankzinnigengesticht.

2025-07-21
Geographisch- historisch woordenboek

Servaas de Bruin, D. Noothoven van Goor (1869)

Asylum

1) zie ASVL. 2) stad in Pennsylvanié, 16 mijlen ten N. 0. van Philadelphia.

2025-07-21
Prisma Latijn Nederlands

Unieboek | Het Spectrum (2025)