Argeloosheid
v., de onschuld van iem. die aan geen kwaad denkt, het niet vermoedt: in onschuld en argeloosheid.
Van Dale Uitgevers (1950)
v., de onschuld van iem. die aan geen kwaad denkt, het niet vermoedt: in onschuld en argeloosheid.
Wiktionary (2019)
argeloosheid - Zelfstandignaamwoord 1. het argeloos zijn, (de onschuld of eenvoud van iemand, die aan geen kwaad denkt, niets kwaads vermoedt) Woordherkomst afgeleid van argeloos met het achtervoegsel -heid
Grasduin in meer dan 507 woordenboeken en encyclopedieën. Krijg toegang tot maar liefst 2.316.291 begrippen, 37.599 spreekwoorden en 78.030 synoniemen.
Word nu vriend van Ensie!
Gerelateerde zoekopdrachten
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen: