Arbeidsfactor
Het quotiënt van het vermogen en het schijnbaar vermogen (Begrippenlijst). Zie ook: elektriciteit, F: vermogen.
Jean-Paul Pinon (2003)
Het quotiënt van het vermogen en het schijnbaar vermogen (Begrippenlijst). Zie ook: elektriciteit, F: vermogen.
Winkler Prins (1975)
(Fr.: facteur de puissance; Du.: Leistungsfaktor; Eng.: power factor), of cos φ, maat voor de effectiviteit waarmee elektrisch vermogen wordt onttrokken aan de bron van elektrische energie, waarmee een netwerk wordt gevoed. Indien een sinusvormige spanning u op een lineair netwerk, dat onafhankelijk van de...
Grasduin in meer dan 507 woordenboeken en encyclopedieën. Krijg toegang tot maar liefst 2.316.291 begrippen, 37.599 spreekwoorden en 78.030 synoniemen.
Word nu vriend van Ensie!
E. de Bruyne, G.B.J. Hiltermann en H.R. Hoetink (1947)
(economisch) kan betekenen zowel de factor arbeid als de factor arbeidskosten. Het woord bedoelt dan meestal de arbeid als productiefactor te stellen tegenover de andere productiefactoren, nl. kapitaal en eventueel grond of bodem.
H.J. van Eyk (1916)
Noemt men de verhouding tusschen de werkelijke arbeid en de schijnbare arbeid eener machine, gewoonlijk voorgesteld door Cos Φ bijv. bij eene electrische machine is de spanning 220 volt en de stroomsterkte 45 Ampère dan is de werkelijke arbeid 220 x 45 = 9900 Watt, terwijl de schijnbare arbeid door de watt-meter aangegeven slechts 7920 W...
Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)
Arbeidsfactor (electrotechn.), een factor, gewoonlijk cos. (φ genoemd, waarmede het product van stroom en spanning bij wisselstroomstelsel nog vermenigvuldigd moet worden om het arbeidsvermogen te verkrijgen. Bij gelijkstroomstelsels zijn, zooals de naam aanduidt, stroom en spanning gelijkmatig en het arbeidsvermogen bestaat uit het product van bei...
Gerelateerde zoekopdrachten
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen: