anisocorie
anisocorie - Zelfstandignaamwoord 1. (medisch) ongelijkheid van de pupillen
Uitgeversmaatschappij A. Manteau N.V. (1954)
Grasduin in meer dan 507 woordenboeken en encyclopedieën. Krijg toegang tot maar liefst 2.316.291 begrippen, 37.599 spreekwoorden en 78.030 synoniemen.
Word nu vriend van Ensie!
E. de Bruyne, G.B.J. Hiltermann en H.R. Hoetink (1947)
betekent verschil in wijdte der pupillen en is een verschijnsel dat voorkomt bij talrijke oogziekten en bij ziekten van het zenuwstelsel, gepaard gaande met een verlamming der irismusculatuur (de kringspier en de spaakspier in het regenboogvlies, die de wijdte van de pupil regelen).
Uitgeverij Joost van den Vondel (1933-1939)
Anisocorie - ( Gr. korè = pupil), ongelijkheid der pupilwijdte; komt bij verschillende oogziekten, bij hersenafwijkingen en sympathicusstoringen voor.
Dr. Ch. Bles (1929)
ongelijke wijdte der pupillen, is een ziekelijk verschijnsel; kan veroorzaakt worden door verwijding van de eene of vernauwing van de andere pupil (zie Pupil).
Gerelateerde zoekopdrachten
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen: