Wat is de betekenis van AFSLUITDAM?

2025-07-28
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Afsluitdam

m. (-men).

2025-07-28
Encyclopedie van Zeeland

Kon. Zeeuwsch Genootschap der Wetenschappen (1982)

AFSLUITDAM

Waterbouwkundig werk, oorspronkelijk samengesteld uit klei, later ook uit rijshout, zand, steen en keileem en de laatste decennia mede uit betonelementen (→ caissons) of andere steenachtige materialen en kunststoffen om kreken, geulen, rivieren en zee-armen af te sluiten. De eerste afsluitdammen in Zeeland dateren reeds van vóór...

2025-07-28
Frysk Wurdboek (Friesch woordenboek)

Fa. A.J. Osinga (1952)

Afsluitdam

s., slútdaem.

2025-07-28
Verklarend handwoordenboek der Nederlandse taal

M. J. Koenen's (1937)

afsluitdam

m. afsluitdammen (dam tot het afsluiten van een stromend water).

2025-07-28
Katholieke Encyclopaedie

Uitgeverij Joost van den Vondel (1933-1939)

Afsluitdam

-dijk of -kade is de afsluiting tusschen een nieuwe inpoldering en het buitenwater. Ook de afsluiting van een afgesneden rivier- of zeearm. Ter plaatse van de ondiepere gedeelten wordt de afsluiting een dijk genoemd, ter plaatse van de geulen een dam; bij geringe afmetingen een kade. De constructie bestaat soms uit een enkele, meestal twee laagsgew...

2025-07-28
Modern Woordenboek

Jozef Verschueren (1930)

afsluitdam

('af) m. (–men) dam tot afsluiting van een water.

2025-07-28
Groot woordenboek der Nederlandsche taal

J.H. van Dale (1898)

AFSLUITDAM

m. (-men); AFSLUITDIJK:, m. (-en), dam of dijk dwars door een water heen de Amelander afsluitdam was door den storm, stuk geslagen; — dijk waarmede een water wordt afgesloten.

2025-07-28
Prisma Groot Woordenboek Nederlands

Unieboek | Het Spectrum (2025)

Gerelateerde zoekopdrachten