Wat is de betekenis van Ădĭpiscor?

2025-07-27
Woordenboek Nederlands -Latijn

Dr. J.F.L. Montijn (1949)

Ădĭpiscor

adeptus sum, ci, bereiken, inhalen. | overdr., bereiken, erlangen, verkrijgen; (met het verstand) vatten, begrijpen; het part. adeptus ook passief.

Gerelateerde zoekopdrachten