acustiek
v. (Gr. akoustikos = het gehoor betreffende): gehoor-, toon- of klankleer: fig. de acustiek van deze kerk is goed, de wijze van voortplanting en teruggolving van geluiden; (u = oe); Fr. acoustique.
M. J. Koenen's (1937)
v. (Gr. akoustikos = het gehoor betreffende): gehoor-, toon- of klankleer: fig. de acustiek van deze kerk is goed, de wijze van voortplanting en teruggolving van geluiden; (u = oe); Fr. acoustique.
Grasduin in meer dan 507 woordenboeken en encyclopedieën. Krijg toegang tot maar liefst 2.316.291 begrippen, 37.599 spreekwoorden en 78.030 synoniemen.
Word nu vriend van Ensie!
M.C. Nieuwbarn O.P. (1910)
(acoustiek), de klank- of geluidvoortplanting (b.v. in eene kerk); ook de gehoor- en klank-leer. In een kerkgebouw met goede acustiek verstaat men zeer licht de predikatie. Vaste regels voor het aanbrengen der gewenschte A. schijnen er in de architektuur (z.a.) niet te bestaan.
Gerelateerde zoekopdrachten
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen: