een geweten dat vrij is van schuldgevoelens.
Voorbeelden:
Ik wou dat ik me niet altijd zo schuldig voelde. Leone: En Harry, hoe gaat het met hem? Julia: Hij kan het geloof ik beter accepteren. Hij vindt dat hij zijn best heeft gedaan. Leone: Hij heeft een gerust geweten? Julia: Ja. Leone: Ik vraag me af waarom we ons altijd schuldig voelen. Ik lijd meer onder mijn voorstelling van Peters verdriet dan onder mijn eigen eenzaamheid.
Laurie Langenbach, Gevallen vrouwen, 1984