behoren tot de fraaiste Perzische tapijten. Ze werden in de 16de en 17de eeuw in de tapijtknoperijen van het hof te Tebriz (in het noordwesten van Perzië) waar ook het beroemde Ardebil-tapijt het licht zag, gemaakt.
Niettegenstaande een veelheid van kleuren zijn de tapijten zeer harmonieus : tegen een rood, donkerblauw of ivoorkleurig fond zijn de motieven in twaalf tot vijftien verschillende tinten aangebracht. Het veldpatroon bestaat uit een medaillon op een eenkleurig fond dat verder opgevuld is met bloemen, arabesken en soms jachtmotieven. De glanzend wollen tapijten zijn met de Senneh- of Ghiordesknoop op katoenen ketting geknoopt met een knoopdichtheid van 1200 tot 3500 knopen per dm2 In Tebriz werden ook (veelal zijden) tuintapijten vervaardigd. Hiervan zijn de randen met Herati-motieven, bloemenranken en zigzagpatroon versierd. In Tebriz worden nog steeds tapijten geproduceerd, maar zowel tekening als kwaliteit is onder Europese invloed sterk achteruitgegaan.
