is zaad, geschikt en bestemd voor uitzaai. Hoofdvoorwaarde voor de geschiktheid is het voldoen aan bepaalde minimum eisen t.a.v. verschillende eigenschappen, zoals vitaliteit, ras- en soortechtheid, gezondheidstoestand, vochtgehalte, reiniging en origine, terwijl voor bijzondere doeleinden speciale eisen kunnen worden gesteld m.b.t. korrelgewicht, sortering, bastgehalte enz.
Wat betreft de vitaliteit zij opgemerkt, dat het niet voldoende is,dat het zaad een goede kiemkracht bezit; het behoort tevens te beschikken over een hoge kiemenergie en een flinke groeikracht, eigenschappen, die een garantie vormen voor snel kiemen en het zich ontwikkelen tot normale kiemplanten. T.a.v. de rasechtheid moet rekening worden gehouden met de omstandigheid, dat van vele gewassen talrijke rassen bestaan, die een zeer verschillende landbouwkundige waarde bezitten wat betreft opbrengst, resistentie tegen ziekten, koude en droogte. Een voldoende gezondheidstoestand wordt gegarandeerd door de afwezigheid van parasitaire schimmels en bacteriën. Een laag vochtgehalte is noodzakelijk voor een goede bewaarbaarheid. Voldoende reiniging is onontbeerlijk ter vermijding van het uitzaaien van veel onkruidzaden. De origine is bij verschillende landbouwzaden van betekenis, omdat deze van invloed is op de wintervastheid, resistentie tegen ziekten en opbrengst.