Benaming voor de bij het zagen door de zaag doorgesneden en uitgerukte houtvezels. Het grootste gedeelte van het z. is tot nog toe waardeloze afval.
F.en deel wordt gebruikt als brandstof, soms geperst tot briketten. Verder dient het voor verpakkings- en isolatiemateriaal en voor (inferieur) strooisel in stallen en vormt het een bestanddeel van houtgraniet, kunsthout, steenhout, bouwplaten e.d. Ook ter grondverbetering en bemesting wordt het wel toegepast. Ten slotte doet het nog dienst als filtreermassa, absorptiemiddel (b.v. bloed in slachterijen), poets- en polijstmiddel.