Maat voor het zetmeelgehalte en het gehalte aan droge stof bij aardappelen. De bepaling, welke berust op het s.g., waarmede beide gehalten in rechtlijnig verband staan, geschiedt door wegen van 5 kg aardappelen onder water.
Het zetmeelgehalte kan daarna worden opgezocht in een tabel. Deze werkwijze is veel sneller en goedkoper maar minder nauwkeurig dan een chemische drogestof- of zetmeclbepaling. Het o. is sterk afhankelijk van het ras en de omstandigheden tijdens de groei. De uitbetaling van de aardappelen, geleverd aan de aardappelmeelfabrieken heeft vaak plaats volgens het onderwater-gewicht. Aardappelen van zandgrond bezitten vaak een lager o. dan die van kleigronden en vroege rassen meestal een lager dan de late. Ook groengerooide aardappelen of ontijdig afgestorven aardappelen bevatten veelal minder zetmeel dan de uitgerijpte aardappelen.