Agrarisch Encyclopedie

Veerman (1954)

Gepubliceerd op 18-11-2021

Kasplanten

betekenis & definitie

zijn planten, die gedurende de gehele teeltperiode of gedurende een bepaalde tijd in de kas worden geteeld. Steeds worden in de kas gekweekt alle warme-kasplanten (z.o.). zoals orchideeën. begonias, verschillende bladplanten, zachte varens, Anthurium, enz., de meeste planten voor de gematigde kas, zoals Gerbera, Calla, Asparagus plumosus, enz., terwijl er ook planten zijn, die zowel buiten als in de kas in bloei gebracht worden, doch dan in een andere tijd van het jaar, zoals violieren, terwijl kasrozen wel steeds in de kas geteeld worden doch in vele gevallen ‘s winters koud staan.

Vele potplanten worden gedurende een groot deel van de teeltperiode in een koude of warme bak opgekweekt en alleen tegen de bloeitijd in de kas gebracht. zoals de meeste Cyclamen, Cineraria, Calceolaria, Primula, Kalanchoë enz., hetgeen meestal geschiedt, omdat bij een te hoge luchtvochtigheid dikwijls de bloemen gaan smetten, terwijl men in de kas deze factor beter in de hand heeft.Ook zijn er een aantal gewassen, die gedurende de zomermaanden buiten geteeld en tegen de winter naar binnen gebracht worden, of waarbij men in de zomer het glas van een warenhuis afneemt en het er tegen de winter weer opbrengt, zoals b.v. bij Freesia en vele chrysantenvar. Ook is het mogelijk een tijdelijke kas, knip of ramenhok over het gewas te brengen, zoals b.v. met chrysanten, Pyrethrum en pioenen gebeurt. Ook worden hiervoor wel verrolbare kassen gebruikt. Vele perkplanten verblijven alleen in het allerjongste stadium in de kas, b.v. éénjarige zaaibloemen, dahlias, e.d. Ten slotte heeft men nog de planten, die gedurende één of meer jaren buiten op de akker geteeld worden, doch alleen in de kas in bloei worden getrokken, zoals de trekheesters (sering, Prunus, sneeuwbal, Forsythia, en ook de potplanten Azalea, hortensia, e.d. , vaste planten (b.v. Helleborus, Convallaria, Astilbe, e.d. ) en bol- en knolgewassen (b.v. tulpen, hyacinten, narcissen).

Naar de teeltwijze in de kas kan men onderscheiden: de vollegrondsteelten, zoals bij rozen, anjers, violieren, leeuwenbekken, enz., waarbij de planten op bedden worden geplant en bij Lathyrus, die op rijen worden geplant; de teelt op verhoogde bedden, zoals b.v. wel gebruikelijk is bij Euphorbia fulgens, Gerbera, c.a.; de teelt op lage tabletten, waarbij men zich i.v.m. bodemziekten los van de ondergrond heeft gemaakt, zoals bij anjers steeds meer voorkomt; de teelt op hoge tabletten, gevuld met turfstrooisel of andere vochthoudende grondstof, waarin de potplanten staan gekuild en de teelt op stellages van planken, zoals bij de zaadteelt van Cyclamen, de teelt van orchideeën, enz. Bij de potplanten heeft men tevens nog de mogelijkheid een aantal meest tegen de bloei zijnde planten op hoog opgehangen planken op schotels te plaatsen. Vooral in België kweekt men de potplanten dikwijls op tabletten met koolas of sintels, waarbij het water van boven wordt gegeven. Naar de warmtebehoefte kan men de k. verdelen in koude k., gematigde k. en warme k., waarbij de grenzen natuurlijk niet scherp zijn. Tot de koude L, waarbij de temp. s nachts niet hoger dan ca 100 C mag komen, behoren b.v. Cineraria, Calceolaria, Cyclamen, anjer, Primula, Freesia, violier, chrysant, enz.

Anderen rekenen deze reeds tot de planten voor de gematigde kas en beschouwen dan kassen geheel zonder verwarming als koude kas. Planten van de gematigde kas met een temp. van 10 -180 C ( - 50- 65 F) zijn b.v. winterbl. begonia’s, bladbegonia's, Gloxinia, Asparagus plumosus, enz. Typische warme k. zijn b.v. de meeste orchideeën, Anthurium, Adiantum, Croton, Bromeliaceae, Ficus, Caladium, Ixora, enz. Ook de luchtvochtigheid en de waterbehoefte speelt een grote rol.

Een geheel aparte groep vormen de grote planten, die ‘s zomers gebruikt worden voor tuin- en plantsoen-versiering, zoals verschillende palmen, Kaapse planten, e.d., die ‘s winters bewaard worden in de hoge oranjerieën, die vorstvrij gehouden worden. I.h.a. geldt tevens de regel, dat tijdens de vermeerdering b.v. door zaaien of stekken, de temp. hoger is dan in de latere stadia, waarom dan ook op de meeste bedrijven een aparte kweekkas aanwezig is.

J. WASSCHER.

< >