Agrarisch Encyclopedie

Veerman (1954)

Gepubliceerd op 17-11-2021

Guaiacum officinale L

betekenis & definitie

fam. Zygophyllaceae, pokhout, is een boomsoort uit het laagland-moessonbos van Venezuela en Colombia, die het kostbare pokhout levert, dat in ronde stammetjes van 0,6-2,5 m lengte bij een dikte van 10-50 cm wordt verhandeld.

De boom heeft een bleekgeel spint en een vettig aanvoelend, olijfgroen tot donkerbruin kernhout, dat buitengewoon zwaar, hard en duurzaam is. Het is door zijn grote taaiheid en vastheid en vooral door zijn zelfsmerende eigenschappen onovertroffen voor lagers van stuurwielen en schroefassen van schepen onder water. Verder gebruikt men het wel voor kegelballen, takelrollen en mastknoppen. Aan de roodbruine olie, die door destillatie uit afvalhout kan worden gewonnen, schreef men vroeger buitengewone geneeskracht toe, waaraan het hout in de medicijnhandel de naam van ‘lignum vitae’ heeft te danken. Thans vindt deze olie echter weinig toepassing meer.

< >