Oorspronkelijk ieder, die zich bezighield met het fokken van pluimvee. In Ned. is in 1933 een wettelijke teeltregeling voor de pluimveehouderij in werking getreden.
In die regeling is het begrip ‘fokker’ opgenomen en wordt eronder verstaan degene, die het fokken van hoenders en/of van eenden als bedrijf uitoefent en voldoet aan vastgestelde eisen, die o.m. waarborgen, dat verbetering van de stapel door raszuivere teelt wordt nagestreefd. Om als f. v. p. le kunnen optreden, moet men als zodanig zijn ingeschreven bij het Bedrijfschap voor Pluimvee en Eieren in De Bilt. Ieder, die aan de gestelde eisen voldoet, wordt op aanvrage ingeschreven. De ingeschrevenen moeten bepaalde verplichtingen nakomen. Er zijn in Ned. ca 200 ingeschrevenen met tezamen ca 150.000 kippen en eenden.In België bestaat geen wettelijke teeltregeling. Om f. te zijn moet men over een selectiestation beschikken, dat erkend is door de Dienst Veeteelt van het Min. van Landb. Een contrôle op herkomst en uitbroeden van het fokmateriaal wordt uitgeoefend door de kleinveeteelt consulenten, in samenwerking met de provinciale verenigingen, die hun afgevaardigden hebben in de Landsbond der Nutpluimveehouders, welke na de oorlog door liet Min. v. Landb. werd opgericht.