1. is een vorm van aanpassing, waarbij dan speciaal gedacht wordt aan het wennen aan een ander klimaat, dan waarin het dier of de plant gewoon is te leven, b.v. als gevolg van import of export.
2. A. wordt in de plantenveredeling ook gebruikt voor de aanpassing van een populatie of associatie aan klimatologische omstandigheden. In opeenvolgende generaties treedt er een verschuiving op in de richting van de vormen, die bij de gegeven klimatologische omstandigheden het best passen. (In de Eng. lit. wordt aanpassing van het individu zelf aan het klimaat ‘acclimatation’ genoemd.)