ooievaarachtige vogel, blauwachtig grijs, v. onder wit, hosje lange veeren o/d kop (blauwe r.); sterk verbreid i/d Oude Wereld,verdelgt ongedierte doch eet tevens veel visch. In Ned. hoofdzakelijk zomervogel.
De zilverr., zuiver wit, welks veeren veel op dameshoeden werden gedragen, komt voor in Z. Europa.