Woordenboek der Grieksche en Romeinsche Oudheid

Z.C. de Boer, J.G. Schlimmer (1910)

Gepubliceerd op 07-06-2019

Ubii

betekenis & definitie

Ubii - germaansch volk, met de Rom. bevriend en bij hunne naburen, de Sueven, gehaat, op den rechter Rijnoever van den Laugona (Lahn) tot beneden het tegenw. Keulen.

Octaviānus liet hen in 38 door zijn legatus pro praetore M. Vipsanius Agrippa naar den linkeroever overbrengen, waar hun oppidum Ubiorum later (50 n.Chr.) den naam Colonia Agrippīna (z. a.) kreeg, waarna zij zelven Agrippinenses werden geheeten. De hun ingeruimde grond behoorde vroeger aan de Treveri.