Woordenboek der Grieksche en Romeinsche Oudheid

Z.C. de Boer, J.G. Schlimmer (1910)

Gepubliceerd op 11-06-2019

Mummii

betekenis & definitie

Mummii - plebejisch geslacht, waarvan 1) in 187 twee volkstribunen, Q. en L., voorkomen, tegenstanders van M. Porcius Cato, toen deze de Scipiones (Cornelii no. 13 en 14) aanviel.—2) L. Mummius, een goedhartig en eerlijk, maar ruw en onbeschaafd man, die als consul in 146 naar Achaia werd gezonden en na de Achaeërs bij Leucopetra op den Isthmus verslagen te hebben, Corinthus veroverde, dat trouwens reeds door het grootste gedeelte der inwoners verlaten was.

Van de achtergeblevenen werden velen vermoord, anderen als slaven verkocht, de stad werd geplunderd en aan de verwoesting prijs gegeven. Bij zijne terugkomst kreeg Mummius een zegetocht en den bijnaam Achaicus. In 142 was hij censor met Scipio Africānus minor; hij geraakte echter met hem in twist.—3) Sp.

Mummius, broeder en legaat van no. 2, was meer beschaafd, hij had eenigen naam als redenaar en was de stoicijnsche wijsbegeerte toegedaan. Hij is de eerste Romein, die brieven in dichtmaat schreef, waarin hij op grappige wijze zijn wedervaren te Corinthe verhaalde.

< >