Geographisch- historisch woordenboek

Servaas de Bruin, D. Noothoven van Goor (1869)

Gepubliceerd op 21-10-2021

Carey

betekenis & definitie

(Henry) noord-amerikaansch staathuishoudkundige, geb. 1793 te Philadelphia; van zijne werken noemen wij The past, the present,and the future (Philad. 1848).

(William), engelsch oriëntalist, geb. 1762, gest. 1834 te Serampoer, werd 1793 naar Bengalen gezonden om er het Evangelie te verspreiden ; hij leerde verscheidene dialecten, die in Indië worden gesproken (vooral het Sanskrit en het Bengaleesch),werd prof. van het Sanskrit te Calcutta.en schreef van verscheidene oostersche talen woordenboeken en spraakkunsten.

(Felix), zoon van William, heeft inzonderheid zijne studie gemaakt van het Birmaneesch.

< >