Encyclopedie van Zeeland

Kon. Zeeuwsch Genootschap der Wetenschappen (1982)

Gepubliceerd op 24-11-2020

SCHORGRONDEN

betekenis & definitie

Bodemreeks uit het Nieuwland ontstaan door aan- en opslibbing in het getijdegebied. Het zijn relatief jonge, geheel kalkrijke, zavel- en kleigronden met een diep slibhoudend profiel dat naar beneden veelal lichter wordt; superieure gronden voor land- en tuinbouw (→ bodem).