Encyclopedie van Friesland

Prof. Dr. J.H. Brouwer (1958)

Gepubliceerd op 22-01-2020

RUITER, Friese

betekenis & definitie

Voorwerp waarmee men 1594 vijandelijke cavalerie tegenhield: een boomstam waardoor vele ijzeren staven met scherpe punten gestoken waren. Dient nu om ingangen te versperren en bestaat uit een 2-4 m lange boomstam op twee SintAndrieskruisen met prikkeldraad omwoeld.

Heet ook Spaanse R. Bij de klaver- en hooioogst worden ook ‘ruters’ gebruikt.

< >