Encyclopedie van de Zaanstreek

Eindredactie Jan Pieter Woudt & Klaas Woudt (1991)

Gepubliceerd op 02-10-2020

Bruggen (Bouwkunde)

betekenis & definitie

In de waterrijke Zaanstreek moest terwille van het landverkeer een groot aantal bruggen worden aangelegd. Daarvan zijn de verkeersbruggen over de Zaan afzonderlijk behandeld, zie: ➝ Beatrixbrug, ➝ Bernhardbrug, ➝ Julianabrug, ➝ Noordbrug, ➝ Spoorbrug, Dr.

J.M. den ➝ Uylbrug, ➝ Wilhelminabrug, ➝ Willem Alexanderbrug en ➝ Zaanbrug, alsmede de verdween ➝ Hoopbrug en ➝ Noorderbrug.De bruggen over de Zaan maken slechts een klein deel uit van het totale aantal. In z’n algemeenheid kan worden gezegd dat er in het verleden veel meer (vooral kleine) bruggen in de Zaanstreek waren. Het vroegere aantal is zelfs bij benadering niet te schatten, het zijn er in elk geval duizenden geweest. Men denke bijvoorbeeld aan de vele brugverbindingen over de vroegere wegsloten met de aan de overzijde hiervan gelegen woonhuizen. Alleen in Assendelft-Zuid, Westzaan-Zuid en Jisp zijn hiervan nog voorbeelden te vinden, alle overige wegsloten in de Zaandorpen zijn al lang geleden gedempt. De bruggen over de meeste sloten moesten beweegbaar zijn in verband met het intensieve vervoer over water.

De sluisbruggen in de langs de Zaan aangelegde dijken zijn evenzo voor een deel verdwenen; hetzelfde geldt voor de vele (beweegbare) bruggen die in de haaks op de Zaandijken staande paden waren opgenomen. Door demping van sloten konden deze vervallen, ofwel ze werden vervangen door weinig opvallende en lage vaste bruggen. Er is nog maar een klein aantal draai- en wip-(bascule-)bruggen overgebleven. De vroeger vrij algemene ‘kippebruggen’ (gebouwd van hout en hoog boven het water) zijn nagenoeg geheel verdwenen. Deze vaste en smalle bruggen in de paden moesten een grote doorvaarthoogte bezitten in verband met de 's zomers passerende hooischuiten. Zie ook: ➝ Sluizen en ➝ Hembrug.

< >