Het vlies dat bij de geboorte het hoofd van sommige kinderen omgeeft en dat - zo wil het volksgeloof - deze kinderen, mits men het bewaart of ze het als ze een jaar oud worden in een pannenkoek te eten geeft, geluk brengt. Deze kinderen kunnen, vooral als ze op een zondag geboren zijn, kwaad zien (voorloop).
Wordt hun helm verbrand of begraven, dan hebben ze hier geen last van. Dokters en bakers nemen de helm wel mee, om hem later als het slecht gaat met het kind weer aan de ouders te verkopen. Soldaten die een geboortevlies bij zich dragen zijn kogelvast. Mensen die met de helm op geboren zijn, kan men herkennen aan kuiltjes bij de slapen. De nageboorte van een paard (de haam, 't licht) werd wel in een boom gehangen. Dan zou het veulen niet met de kop naar beneden lopen en geen ongelukken krijgen, ’t Licht werd ook wel aan de schuurdeur gedroogd en daarna als pleisters op wonden gebruikt.Lit: Teenstra, Verscheidenheden I. 285-289; Ter Laan, Volksleven II, 43, 60, 93; Volkskunde-atlas. kaart 30.