1. Falsch: valsheid, bedrog, leugen.
2. falsch: vals; verkeerd, fout; ein falscher Kiel, een loze kiel; falscher Lärm, loos alarm; falsch verbunden, verkeerd aangesloten (telef.).
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen: