Historische collectie Nederland

Rijksdienst voor het cultureel erfgoed (2019)

Gepubliceerd op 13-06-2019

auditoria (kamer)

betekenis & definitie

In een klooster: ontvang- en spreekkamer (in het Nederduits ‘spraechus’). Te onderscheiden in: het vertrek waarin de kloosterling een privé-onderhoud met zijn superieur kan hebben, in Cluny vroeger ook parlatorium geheten; het auditorium hospitum of salutorium voor het ontvangen van gasten, op de grens van de clausuur gelegen en in strenge nonnenkloosters door traliewerk in tweeën gedeeld. Bij de benedictijnen had hier ook de voetwassing van de gasten plaats; het auditorium fratrum, uitsluitend voor de monniken, dus binnen de clausuur gelegen.

Bij de cisterciënzers werd de grote werkzaal zo genoemd.