Wat is de betekenis van weekt uit?

2025-07-28
Nederlandstalige WikiWoordenboek

Wiktionary (2019)

weekt uit

weekt uit - Werkwoord 1. tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van uitweken ♢ Jij weekt uit 2. derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van uitweken ♢ Hij weekt uit 3. verouderde gebiedende wijs meervoud van uitweken weekt uit...

Gerelateerde zoekopdrachten