Wat is de betekenis van Tweeschelpig?

2025-07-26
Modern Woordenboek

Jozef Verschueren (1930)

tweeschelpig

bn. tweeschalig.

2025-07-26
Nieuw woordenboek der Nederlandsche taal

I.M. Calisch (1864)

Tweeschelpig

Tweeschelpig, bn. met twee schelpen. *...SCHILLIG, bn. met dubbele schil (van vruchten enz.). *...SLACHTIG, bn. van het mannelijk en van het vrouwelijk geslacht; op het land en in het water levende; een - mensch, hermaphrodiet; een - dier, amphibie. *...SNARIG, bn. met twee snaren. *...SNEDIG, *...SNIJDEND, *...SNIJDIG, bn. aan weêrskan...

Gerelateerde zoekopdrachten