Wat is de betekenis van nippen?

2024-04-30
Nederlandstalige WikiWoordenboek

Wiktionary (2019)

nippen

nippen - Werkwoord 1. (ov) iets met kleine slokjes drinken Er werd eerst nog een drankje genipt op een terrasje en daarna gingen ze naar het restaurant. 2. (inerg) ~ aan ergens met kleine slokjes van drinken Ze nipte nog wat aan haar glas, maar lie...

2024-04-30
Muiswerk Educatief

Muiswerk Educatief (2017)

nippen

nippen - regelmatig werkwoord uitspraak: nip-pen 1. kleine slokjes nemen ♢ zij nipte aan haar glaasje likeur Regelmatig werkwoord: nip-pen ik nip jij/u nipt ...

2024-04-30
Frysk Wurdboek (Friesch woordenboek)

Fa. A.J. Osinga (1952)

Nippen

v., nippe, dippe.

2024-04-30
Duits woordenboek (DU-NL)

Dr. H. W. J. Kroes (1951)

Nippen

nippen, even proeven, met kleine teugen drinken; een dutje doen.

2024-04-30
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Nippen

(nipte, heeft genipt), I. een klein teugje drinken, even de mond zetten aan —. II. er op aankomen: als het nipt en weer nipt, kan ik het zelf ook wel doen, als het moet; — (Zuidn.) op het nippen staan, op het punt staan iets te doen.

2024-04-30
Modern Woordenboek

Jozef Verschueren (1930)

nippen

('nippən) (nipte, heeft genipt) [Intens. nijpen] 1.Algm. Veroud. eventjes aanraken. 2. Inz. met kleine teugjes drinken : de -de drinkebroers.

2024-04-30
Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

nippen

(nipte, heeft genipt), een klein teugje drinken, even de mond zetten aan: van iets nippen.

2024-04-30
Etymologisch Woordenboek

Amsterdam University Press (2024)

Wil je toegang tot alle 11 resultaten?

Ja, ik word vriend van Ensie!
2024-04-30
Prisma Groot Woordenboek Nederlands

Unieboek | Het Spectrum (2024)