Wat is de betekenis van Labo?

2024-04-30
Woordenboek van Populair Taalgebruik

Marc De Coster (2020-2024)

labo

(1970) (vnl. Vlaanderen, oorspr. stud.) afk. van laboratorium. Nederlandse studenten gebruiken de term lab*. • .... of hij pakt uit met selecte weetjes over dingen als 'het ego' of over het gedrag van 'een ouderloze, jonge Rhesusaap in een labo' (dat komt zeker uit Bij de beesten af van Bert Haanstra?) (Dietsche Warande en Belfort. 1979) &bul...

2024-04-30
Nederlandstalige WikiWoordenboek

Wiktionary (2019)

labo

labo - Zelfstandignaamwoord 1. (afkorting) laboratorium Synoniemen lab

2024-04-30
Jargon & Slang van Studenten

Marc De Coster (2017)

Labo

Labo - afkorting voor laboratorium, vooral bij Vlaamse studenten. Nederlandse studenten zeggen lab. Deze laatste vorm kan nu gerekend worden bij het gemeenzame taalgebruik. Ook scholieren gebruiken de term(en).

2024-04-30
Typisch Vlaams woordenboek

Ludo Permentier en Rik Schutz (2015)

labo

laboratorium, (NL) lab (informeel) In Europa kost een ivf-laboratorium zo'n 1,5 miljoen euro, maar in de VS kan een labo al snel dubbel zo duur zijn. (De Standaard) Belgisch-Nederlandse Standaardtaal Gangbaarheid: 7 Vlaamsheid: 7

2024-04-30
Vlaams-Nederlands woordenboek

Peter Bakema (2003)

labo

(het, -'s) lab, laboratorium Topdrukte in het fotolabo: 2,2 miljoen vakantiefoto's per dag - DM, 04-09-2002.

2024-04-30
Zuidnederlands Woordenboek

Walter De Clerck (1981)

labo

Gebr. verkorting van laboratorium; in de standaardt.: lab. Of dat labo, waar men een verzekeringspremie betaalde en mocht breken naar hartelust en al of niet geïnspireerde vernielzucht: kolven, proefbuisjes, thermometers e.a. ... Alleen in geval van brand slofte iemand te voorschijn met een emmer water, WILLEMS 1970, 30. Zoop toen reeds stiek...

2024-04-30
Woordenboek Nederlands -Latijn

Dr. J.F.L. Montijn (1949)

Lăbo

(1); 1. eig., wankelen, waggelen, dreigen te vallen. 2. overdr., (wat zijn bestaan betreft) wankelen, dreigen in te storten, in verval geraken, memoria labat, is niet te vertrouwen, - niet getrouw, Liv. | (wat plan, zienswijze, gezindheid, trouw, moed betreft) wankelen, weifelen.

2024-04-30
Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

labo

o. (-s), (gew.) verkorting van laboratorium.

Wil je toegang tot alle 11 resultaten?

Ja, ik word vriend van Ensie!
2024-04-30
Etymologisch Woordenboek

Amsterdam University Press (2024)