Wat is de betekenis van K o o m e n ij?

2024-04-28
Keur van Nederlandsche woordafleidingen

J.Pluim (1911)

K o o m e n ij

afl. van koomen (Mnl. coman, comen), een verkorting van koopman, als homan voor hoofdman. Koomenij is dus koopmanschap ; het volk sprak van koomenijswinkel (eig. een pleonasme) en daar men het grondwoord niet meer verstond, maakte men er van: kom-en-eisch-winkel, zooals nog vaak in advertenties voorkomt.