Wat is de betekenis van Ebben (aflopen)?

2024-04-29
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Ebben (aflopen)

(het ebde, heeft geëbd), (van de zee) aflopen na de vloed; onpers. het ebt; (van water in ’t alg.) afnemen, terugvloeien; — (fig.) afnemen, achteruitgaan; — het leven is aan het ebben, vloeit weg.