Wat is de betekenis van Dronkenschap?

2024-04-25
Nederlandstalige WikiWoordenboek

Wiktionary (2019)

dronkenschap

dronkenschap - Zelfstandignaamwoord 1. het zwaar onder invloed van alcohol zijn Hij werd wegens openbare dronkenschap aangehouden. Woordherkomst afgeleid van dronken met het achtervoegsel -schap Verwante begrippen beschonkenheid, drinkgelag, roes, zatheid, zwelgpartij

2024-04-25
Muiswerk Educatief

Muiswerk Educatief (2017)

dronkenschap

dronkenschap - zelfstandig naamwoord uitspraak: dron-ken-schap 1. toestand van dronken zijn ♢ door zijn dronkenschap was hij niet aanspreekbaar 2. het telkens dronken zijn ♢ zijn dronkenschap is...

2024-04-25
Dr. O. Dubois

Auteur “De Nieuwe Geneeskunde”, 1930

Dronkenschap

Dronkenschap is het alcoholisme in acuten staat. Zij ontstaat wegens een gebruik van meer alcoholhoudende dranken dan men gewoon is. De eerste periode der dronkenschap bestaat in een opgewondenheid in gedachten en daden; de tweede, in een verslapping in omgekeerde zin, met ontreddering der vermogens, bemoeilijking van het bewegen en het zich in eve...

2024-04-25
Dromen encyclopedie

Fink (1998)

Dronkenschap

Wanneer we dronken mensen zien, dan zijn we teleurgesteld in mensen in onze directe omgeving. Ziet men zichzelf dronken, dan wil het onbewuste innerlijke remmingen verhelpen, met de bedoeling dat we zonder iets te ontzien actuele problemen de baas kunnen worden. Vanzelfsprekend wijst het dronken zijn in de droom er ook op, dat de dromer de realitei...

2024-04-25
Katholicisme encyclopedie

Prof. dr. J.C. Groot (1955)

DRONKENSCHAP

zie Matigheid en Drankbestrijding.

2024-04-25
Eerste Medisch Systematische Ingerichte Encyclopedie

Uitgeversmaatschappij A. Manteau N.V. (1954)

Dronkenschap

zie alcoholisme.

2024-04-25
Frysk Wurdboek (Friesch woordenboek)

Fa. A.J. Osinga (1952)

Dronkenschap

s., dronkenens, dronkenskip, ûnbikwamens.

2024-04-25
Woordenboek Nederlands-Turks

Mehmet Kiriş (2024)

Wil je toegang tot alle 20 resultaten?

Ja, ik word vriend van Ensie!
2024-04-25
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Dronkenschap

v., beschonkenheid, de toestand van dronken te zijn : in kennelijke staat van dronkenschap ; —ook : het telkens of geregeld dronken zijn.