De snuf van iets (in den neus) hebben (of krijgen)
D.w.z. de lucht van iets krijgen, iets in de gaten hebben, mnl. iet smaken; iets in de neuze krijgen (De Bo), in de(n) snuf hebben (Joos, 85; [i]Antw. Idiot.[/i] 1143), neuze, snuite hebben van iets (De Bo), in de gaten (neusgaten) krijgen, in het snotje hebben (Boekenoogen, 964; Nkr. 1,15 Sept. p. 2; V, 16...