(de; g.mv.) GY - gymdiscipline bestaande uit een combinatie van turnen en dansen waarbij oefeningen en sprongen op muziek worden uitgevoerd met vijf handgereedschappen: touw, bal, hoepel, lint en knotsen; een internationale wedstrijd bestaat uit een vierkamp met vier hand- gereedschappen (die om de twee jaar door de FIG worden bepaald) en vier afzonderlijke finales, syn. ritmische gym.
• Ritmische gymnastiek is aan het begin van de 20e eeuw in Duitsland of Rusland ontstaan. De eerste wedstrijd vond echter pas plaats in 1946 in Moskou. Bij de Olympische spelen in Melbourne in 1956 werd een groepsoefening met attributen (handgereedschap) uitgevoerd door toestelturnsters. Beide disciplines hebben zich daarna van elkaar gescheiden, maar worden nog steeds onder één dak, nl. dat van de wereldbond (FIG), georganiseerd. (KOODE)
• Tijdens de oefening, die 75 tot 90 seconden duurt, moet het materiaal voortdurend in beweging blijven en door beide handen worden gebruikt. De oefening moet bewegingen omvatten die specifiek zijn voor het materiaal en moet over het hele wedstrijd- podium worden uitgevoerd. (...) De jury let bij de beoordeling onder meer op de combinatie van natuurlijke gratie, technische vaardigheid en muziek. En natuurlijk op virtuositeit, originaliteit en risico. (FOURN)
