tijdelijke, seizoengebonden werkloosheid.
werkloosheid die optreedt in sommige delen van het jaar door een seizoenafhankelijk werkaanbod, vooral in sectoren zoals de bouw, landbouw en het toerisme; tijdelijke, seizoengebonden werkloosheid.
Voorbeelden:
Structurele werkloosheid in ruime zin is alle werkloosheid die niet voortvloeit uit een te kleine vraag naar goederen, hieronder vallen de werkloosheid van minder geschikten, seizoenwerkloosheid, frictiewerkloosheid en structurele werkloosheid in enge zin.
http://scholieren.samenvattingen.be/search/open/1409351
Soms is werk ook seizoengebonden. Dat betekent dat er in bepaalde bedrijven in de zomers meer werk is te vinden dan in de winter. Denk aan de land- en tuinbouw, de schilders en andere buitenberoepen (horeca, terrassen). Ook hierdoor ontstaat werkloosheid. Dit noemen we seizoenwerkloosheid.
http://www.lentiz.nl/lentiz.nl/up1/ZysluitIqI_samenvatting_hoofdstuk_7.pdf
Als er bij een werkgever veel mensen met kortdurende contracten werken, dan stijgt de WW-premie die deze werkgever moet betalen. Dit moet ertoe leiden dat werkgevers arbeidscontracten met een langere looptijd afsluiten en seizoenwerkloosheid wordt voorkomen.
http://www.vpt.nl/content.asp?path=fv608ryu, 2005