Algemeen Nederlands Woordenboek

Algemeen Nederlands Woordenboek (2009-heden)

Gepubliceerd op 30-05-2017

kalfslapje

betekenis & definitie

lapje kalfsvlees.

stuk kalfsvlees in de vorm van een dun lapje met de omvang van een eenmansportie.

Voorbeelden:
Het is alsof hun tong, die verstopte spier met erotische talenten, geheel met slijmvlies en smaakpapillen overdekt, zich eerst de vorm van het kalfslapje en de aubergine en de zalmmoot poogt te herinneren, voor zij hun tanden toestaan om de structuur van het eten te vernielen.
Jean Pierre Dumoulin, Nachten in Granada; Playa de Aro; Ze eten alleen de punten van de asperges, 1997-2000

Terwijl ik dampende puree, kalfslapjes en worteltjes op een bord schepte, en nog gauw een aangebroken fles rosé uit de koelkast nam, hoorde ik op de buis het hemeltergende geluid van een lachband, gevolgd door een soort spreekkoor dat on top of its voice iets schreeuwde dat in de keuken klonk als: 'Wenn ist das Nunstück git und Slotermeyer?'
Walter van den Broeck, Verdwaalde post, 1998

< >