(1736-1805). Fr. juwelier en zilversmid, werkz. in Parijs.
Leerl. v. F. T. Germain; meester in 1757. Aan het hof van Lodewijk XVI stond hij in hoog aanzien. Maakte samen met hofjuwelier Ange Joseph Aubert de gouden kroon, kelk en regalia voor de kroning in 1774 (sindsdien zijn deze voorwerpen spoorloos verdwenen).
Maakte eetserviezen voor Catharina de Grote van Rusland, Jozef I van Portugal en voor vele andere koninklijke en adellijke opdrachtgevers. In 1788 werd hij muntmeester van Parijs. Meesterteken: gekroonde fleur-de-lis, twee bollen, RJA en een palmtak.
