Gepubliceerd op 14-11-2017

eigennaamsvorm

betekenis & definitie

eigennaamsvorm - Zelfstandignaamwoord
1. (grammatica) een naamvalsvorm van een eigennaam.
In bepaalde talen komt de eigennaamsvorm met de naamvalsvormen genitief, datief, accusatief, vocatief, locatief en instrumentalis.

Woordherkomst
samenstelling van eigennaam en vorm met het invoegsel -s-

Verwante begrippen
naamwoordsvorm