[v. Gr. monos = alleen, en logos = woord, rede] alleenspraak, met name in toneelstukken.
Sinds het begin van de 20e eeuw is er in romans en novellen de zogeheten 'innerlijke monoloog' (vertaling van Fr. monologue intérieur), waarin de romanfiguur in de directe rede spreekt, en een directe weergave wordt gegeven van gedachten en gevoelens.