Oude N naam voor de Kneu ← in NV 1789. Hij wordt ook vermeld in vD 1904.
De naam zou geïnterpreteerd kunnen worden als 'vogel voorzien van een 'kodde'' op dezelfde manier als mnl coddenaer 'strijder voorzien van een knots'. De vraag is dan echter welke betekenis van kodde zinvol is. Gezelle 1890 noemt als vertalingvan "fauvette a tête grise" (waarmee ws. de Grasmus Sylvia communis bedoeld is) de naam (/hetwoord) "kodde" [Bakker 2000]; misschien wijst dit op de lange staart van de Grasmus; misschien is het ook hetzelfde koddeals het eerste deel van de naam in het lemma.ETYMOLOGIE Er zijn twee mogelijkheden:
1. de naam is verwant met mnl code 'jong Varken' en heeft dan als primaire betekenis 'bolrond vogeltje' (wat de Kneu nu niet bepaald is) (vgl. ook sub Keutje, dat verwant met Kodde zou kunnen zijn) of eventueel 'kleine vogel' (dit past wel iets beter), ofwel
2. de oorspr. betekenis is 'peuteraar', wat bij soorten als Kneu en verwanten meerdere keren het benoemingsmotief is geweest (vgl. sub Keutje, Knijper, Tukker, Frijter en Putter). Het bijbehorende ww. is dan kotteren (ook koteren, kenteren) ='peuteren' [Weijnen 1996] <mnl coteren 'peuteren, stoken aan de tanden' [MH 1932]. De n is dan door dissimilatie ontstaan (nl. uit *Kotteraar) en de [t] is stemhebbend geworden.